31ste zondag door het jaar: psalm 145

De antwoordpsalm in deze liturgie ontleent haar 4 strofen van elk 4 regels (telkens 2 verzen) aan een lofpsalm, die 21 verzen lang is en waarvan de literaire vorm (elk vers, op een na, begint met een volgende letter van het Hebreeuwse alfabet) aanduidt dat de lofwaardigheid van God zo volledig mogelijk gestalte krijgt. Op een daadwerkelijke manier doet God er toe voor de mens, Hij maakt Zijn naam waar. Zo oefent Hij koninklijke heerschappij uit.

Strofe 1 (vers 1+2):

U wil ik loven, mijn God en Koning,
Uw naam verheerlijken voor altijd.
U wil ik prijzen iedere dag,
Uw Naam verheerlijken voor altijd.

De wonderbare werken en grootse daden zijn in vers 4-7 alle reden tot lof in elke generatie, maar in strofe 2 treffen we vers 8+9 en gaat het eerder om God permanente eigenschappen.

Strofe 2(vers 8+9):

De Heer is vol liefde en medelijden,
lankmoedig en zeer goedgunstig.
De Heer is bezorgd voor iedere mens,
barmhartig voor al wat Hij maakte.

In vers 10+11 (strofe 3) wordt opnieuw verwezen naar Gods werken, die vromen de lofprijzing in de mond geven en die van Gods koningschap de manifestatie zijn: “uw heerschappij”, “uw macht”.

De antwoordpsalm vindt in de laatste strofe (vers 17+18) in zekere zin een hoogtepunt, omdat nu niet meer de nadruk ligt op de werken zelf, maar op Gods onaantastbare eigenheid, waaruit zij voortkomen en die de mens houvast biedt.

Strofe 4 (17-18):

Waarachtig is God in al zijn woorden
en heilig in al wat Hij doet.
De Heer ondersteunt die dreigen te vallen,
richt al wie gebukt gaat weer op.

In de katholieke kanon van bijbelboeken beschikt de samengekomen gemeente in het boek Wijsheid over een tekst die bij tijd en wijle modern aandoet, omdat deze wijsheid zich op haast seculiere wijze positief uitlaat over alles wat bestaat. Geciteerd wordt: 11,23-12,2.  “Gij houdt immers van alles wat bestaat “, en: “Gij heerst vol liefde over al wat leeft” , en: “Uw onvergankelijke geest is aanwezig in alles wat bestaat”.  

De lofzang uit psalm 145 is een passend antwoord.