Eerste zondag van de advent: psalm 122

De antwoordpsalm sluit naadloos aan op de laatste woorden van de eerste lezing (Jesaja 2,1-5): “huis van Jakob, kom laat ons wandelen in het licht van de Heer”. In de psalm immers gaat het om de centrale plaats die de stad Jerusalem voor Jacob-Israel inneemt om de weg van de Heer te leren kennen. In die stad staat het Huis van de Heer, waar de naam van God wordt vereerd en staan ook de zetels van het recht, de troon van Davids huis.

De stad wordt vrede toegewenst. Zij herbergt de belofte waarvan de profeet Jesaja de verwerkelijking voorziet, namelijk dat eens alle volken zullen optrekken om er de weg van het recht te leren kennen.