Vijfde zondag door het jaar: psalm 112

De psalm is een zaligspreking op diegene die in zijn leven gaat op de weg van de Heer. Meer in het bijzonder worden allerlei gedragingen opgesomd: goed voor de vromen, gul, eerlijk, etc. Zo niemand wordt in het vooruitzicht gesteld dat het hem goed zal gaan, dat men hem eeuwig zal gedenken, etc.

Door het uitspreken van deze zaligspreking beamen we de oproep die in de eerste lezing wordt gedaan door de profeet (Jesaja 58,7-10) en die historische gesproken betrekking had op de situatie na de terugkeer uit de ballingschap toen het maatschappelijk leven opnieuw op gang moest komen.:  brood met de armen  delen, dakloze zwervers in huis op te nemen etc.  Ook hier een toezegging: “wanneer ge dan tot de Heer bidt, zal Hij u verhoren”.